Wat is een bipolaire stoornis

Bij een bipolaire stoornis heb je last van sterk wisselende stemmingen. Vroeger spraken we van een manisch depressieve stemmingsstoornis. Je hebt periodes dat je somber bent, waarin de interesse in de mensen en dingen om je heen minder wordt. Dit noemen we een depressieve episode. Daarnaast heb je fases dat je een uitgelaten levenslustige en vaak overactieve stemming hebt; het gevoel dat je de wereld aankunt. Dit noemen we een manische episode.

Deze stemmingen zijn veel intenser dan de gewone verdrietige of goede bui die iedereen wel kent: de stemming past niet bij de situatie en ook het gedrag dat iemand dan vertoont is vaak niet passend. Iemand met een bipolaire stoornis kent ook periodes met weinig klachten. We spreken dan van een stabiele periode.

Hoe herken je een manisch depressieve stoornis

Een kenmerk van bipolaire stoornissen zijn hevige stemmingswisselingen. Soms begint het met een manische episode, waarin de stemming eigenlijk te goed is voor de situatie. Vaak volgt een depressieve periode met somberheid of prikkelbaarheid. Bij anderen zie je dat het begint met een aantal depressieve episodes waarop een manische episode volgt. In dat laatste geval wordt vaak pas na lange tijd duidelijk dat het om een bipolaire stoornis gaat en niet alleen om een depressie.

Vaak ontstaan de episodes geleidelijk, maar soms ontstaat (en dan meestal bij manische ontremming) de stemming binnen een dag. Het gaat steeds om stemmingen die lang aanhouden en die niet passen als reactie op de situatie waarin je je bevindt.

Bekijk ook de folder over Bipolaire Stoornissen.

Bipolaire Stoornissen

Depressie 

Bij een depressie heb je het grootste deel van de dag last van somberheid, of verlies aan interesse of plezier. Deze klachten houden langer aan; het moet ten minste twee weken duren. Naast deze klachten heb je ook bijna elke dag last van een aantal van de onderstaande verschijnselen:

  • Verandering in de eetlust
  • Opvallende verandering in het slapen
  • Gevoelens van onrust en snel geïrriteerd zijn.
  • Vermoeidheid en weinig energie.
  • Gevoelens van minderwaardigheid of schuldgevoelens.
  • Concentratieproblemen of besluiteloosheid.
  • Steeds denken aan de dood, bijvoorbeeld gedachten aan zelfdoding.

Manie 

Manie is juist een ziekelijke opgewektheid die niet past bij de situatie waarin je je bevindt; de tegenpool van de depressie. Lastig bij een manie is dat je jezelf dan vaak heel goed voelt en niet in de gaten hebt dat er een probleem is.

Een manie herken je aan:

  • Een extreem verhoogde stemming; té goed en té uitgelaten.
  • In deze stemming kunt je impulsieve beslissingen nemen die niet bij je passen in de stabiele fase.
  • Je hebt minder behoefte aan slaap of rust. Ook neem je geen tijd om te eten of merkt je niet eens dat je honger hebt.
  • Je voelt je zeker, denkt veel aan te kunnen. De kans bestaat dat je de realiteit uit het oog verliest. Omdat anderen het vaak niet eens zijn met je ideeën word je prikkelbaar.

Hypomanie

Bij hypomanie zijn de manische symptomen minder hevig maar wel duidelijk een waarneembaar verschil met het normale gedrag van iemand. Hypomanie is een lichtere vorm van een manie.

De gevolgen van een bipolaire stoornis

De impact is afhankelijk van de ernst en intensiteit van de klachten, en verschilt sterk van persoon tot persoon. De bipolaire stoornis is niet te genezen, maar de symptomen kunnen wel afnemen of naar de achtergrond verdwijnen door een goede behandeling. Het doel van de behandeling is het verminderen van het aantal en de ernst van de stemmingsklachten. Tevens het voorkómen van problemen op de verschillende levensgebieden en gericht op herstel in functioneren tijdens de stabiele periodes. Het is daarom belangrijk dat je zo snel mogelijk hulp zoekt als je denkt dat jezelf, of iemand in je omgeving, een bipolaire stoornis heeft.

Het verloop van een bipolaire stoornis

Het verloop van de bipolaire stoornis verschilt van persoon tot persoon. Meestal begint de stoornis met een of meer depressieve episodes. Een grote groep mensen die eerst een gewone depressie lijkt te hebben, krijgt na verloop van tijd een manische of hypomane episode. Als dit gebeurt, verandert de diagnose van depressie in bipolaire stoornis. Een bipolaire stoornis kan op elke leeftijd optreden, maar begint meestal tussen het 15e en 25e levensjaar. Sommige mensen met een bipolaire stoornis hebben in de loop van hun leven slechts enkele episodes van (hypo)manieën en depressies. Zij functioneren tussendoor zonder problemen. Anderen hebben vaker stemmingsepisodes, soms zelfs meerdere keren per jaar. De meeste mensen hebben vaker en langer depressieve episodes dan manische episodes. Een manische episode duurt – zonder behandeling – gemiddeld twee maanden. Depressieve episodes gemiddeld twee tot vijf maanden (soms veel langer), en een gemengde episode duurt gemiddeld vijf tot twaalf maanden. Sommige mensen met een bipolaire stoornis ontwikkelen ook een angststoornis, de meest voorkomende hierbij is de sociale angststoornis. Als je een manisch depressieve stoornis hebt, blijf je kwetsbaar. Met de juiste behandeling lukt het meestal om de episodes voor te blijven, of om ze beperkt te houden.

Advies bij een bipolaire stoornis

Zoals al is aangegeven, gaat een bipolaire stoornis niet over: je moet leren om het je verdere leven te hanteren. Je leert wat je kunt doen om, eventueel samen met naasten en hulpverleners, ervoor te zorgen dat de stemming stabiel blijft en je zo min mogelijk beperkingen ervaart in je functioneren.

Tips

  • Betrek je naasten bij je behandeling, steun van familie en vrienden is belangrijk
  • Als je merkt dat je onrustiger of somberder wordt dan normaal, vertel dat aan je behandelaar (op tijd erbij, betekent snel weer op de rit)
  • Zorg voor een goed dag- en nachtritme
  • Zorg voor voldoende weerstand: eet gezond en wees matig (of vermijd) alcohol
  • Als je merkt dat je erg veel energie krijgt is het belangrijk om voor voldoende rust te zorgen. Je probeert hiermee ontremming en manie tegen te gaan.
  • Als je merkt dat je somber wordt, blijf dan actief: sta op tijd op, plan activiteiten en zorg dat je onder de mensen blijft
  • Wanneer je veel aan doodgaan denkt, praat er dan met anderen over.
  • Je kunt in stabiele periodes al plannen maken hoe je met moeilijke episodes wilt omgaan. Betrek bij dit plan ook je naasten. Je kunt vast bedenken aan wie je dan kunt laten weten dat het slecht met je gaat en welke steun je dan zou willen.

De invloed op kinderen

Wanneer een ouder psychisch ziek is, heeft elk gezinslid hiermee te maken. Kinderen merken dit altijd. Als ouders moeilijke tijden doormaken, is dat voor kinderen vaak verwarrend en soms beangstigend. Kinderen hebben een eigen beleving van de ziekte en eigen vragen of zorgen. Sommige kinderen vinden het lastig vragen te stellen omdat ze hun ouders niet willen belasten. Kinderen blijven dan met vragen rondlopen. Gevoelens van schuld en schaamte kunnen zowel bij kinderen als ouders een gevolg zijn. Het is belangrijk dat kinderen uitleg krijgen over de situatie die zich afspeelt. Mediant biedt in de thuissituatie gesprekken aan mensen die voor de eigen psychische problemen al hulp krijgen en thuiswonende kinderen hebben.